dinsdag 10 september 2013



Mok, Daniël, Rudolf Otto. Het kwetsbare leven. Abraxas, Amsterdam, € 12,50


Er zijn van die boeken die ik altijd al had willen lezen en waar ik nooit aan toe ben gekomen. Een daarvan is Das Heilige van Rudolf Otto. Nu kreeg ik een boekje in handen waarin Otto’s leven en werk worden beschreven en dat heb ik dan maar als compensatie gelezen. Niet als vervanging, want dit boekje wekt juist weer mijn interesse voor dat boek. De kans is groot dat u nooit van Otto hebt gehoord. Toch heeft het grote invloed gehad op de theologie in de vorige eeuw en nu is de belangstelling voor zijn denken alleen maar toegenomen. Zijn boek verscheen in 1917 en in 1918 verscheen Der Römerbrief van Karl Barth. Die boeken waren elkaars tegenpolen. Karl Barth beschreef de goddelijke openbaring als komend “senkrecht von oben”, loodrecht van bovenaf dus. Die openbaring werkte vooral in op het verstand, de ratio. Geloven was dan ook een verstandelijke aangelegenheid. Van gevoelsmatigheid was eigenlijk vrijwel geen sprake. Het was dialectisch, een kwestie tussen twee personen, God en de individuele mens.
Otto ging van een andere beleving uit. Voor hem was een ontmoeting met het heilige – om zijn titel nu maar te gebruiken – huiveringwekkend. Het heilige is voor hem het wezenlijke van welke religie dan ook. De ervaring ervan was vreeswekkend en fascinerend tegelijk. Het heilige is niet te omschrijven, het straalt kracht uit die je kunt ervaren. ‘Numen’ is het woord daarvoor. Die ervaring noemt hij numineus, een door hem bedachte term. Als je van ‘omen’ ‘omineus’ kunt afleiden, kun je bij ‘numen’ ‘numineus’ plaatsen, aldus Otto. Het eerste woord betekent ‘voorteken’, het tweede ‘godheid’. Dit numineuze is een mysterie, een mysterium tremendum, zoals hij dit noemt. Het sacrale is bij hem ook angstaanjagend. Religie is bij Otto dus een gevoelsmatige aangelegenheid, een mens ervaart het transcendente, wat van buiten onze waarneembare werkelijkheid tot ons komt. De beleving ervan staat centraal. Hij werkte volgens de fenomenologische methode, verschijnselen worden zonder (voor)oordeel beschreven, zij moeten zelf tot hun recht komen.
Otto, geboren in 1869 als zoon in het diep-religieuze Luthers orthodoxe gezin van een maltfabrikant, gaat theologie studeren. Hij wil graag predikant worden. Hij reist veel, Azië, Egypte en omringende landen, en maakt daar kennis met andere wereldgodsdiensten. Hij gaat zich intens interesseren voor die godsdiensten en uit die belangstelling komt Das Heilige voort. Daarna schrijft hij veel boeken over die godsdiensten, maar aan dit eerste boek ontleent hij zijn reputatie. Opvallend is dat zijn belangstelling geen goedkope flirt met deze godsdiensten inhield. Hij erkende de waarde ervan, maar bleef zelf zijn christelijke geloof belijden, al had hij zich langzamerhand van het orthodoxe confessionalisme verwijderd. Hij werd hoogleraar, maar zijn zwakke gezondheid bemoeilijkte zijn werk.
Otto werd in de wetenschappelijke wereld zeer gewaardeerd. Er is een brief opgenomen van de grondlegger van de fenomenologie, waarin deze zijn bewondering voor Otto uitspreekt. Er zijn meer van de uitstapjes. Een klein hoofdstuk licht de fenomenologische methode toe. Ook een In Memoriam door de bekende Groningse hoogleraar Van der Leeuw is opgenomen. Daaruit blijkt ook weer de waardering voor zijn persoon en werk. Ook Miskotte waardeerde hem zeer.
Het is weliswaar een dun boekje, ruim honderd bladzijden, maar heel informatief. De eerste hoofdstukken zijn voornamelijk biografisch, maar gaandeweg krijgen we steeds meer informatie over de inhoudelijke kant van zijn werk.
Otto is met zijn Das Heilige een weg ingeslagen, die toen verrassend was en die nu nog niets van zijn waarde verloren heeft.

Wim Kleisen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten