Drewermann, Eugen, Als de goden sterren waren…
De
auteur, theoloog en psychotherapeut, heeft zich een indrukwekkende hoeveelheid
kennis op het gebied van kosmologie en natuurwetenschap verworven. Daarvan
geeft hij blijk in de eerste 100 bladzijden van dit boek. Daarna komt de vraag
naar de religie aan de orde. Daarbij plaatst hij belangwekkende opmerkingen.
God is volgens hem binnen dit wetenschappelijke kader niet te bewijzen. De
gehele traditionele christelijke voorstellingswereld is niet vol te houden.
Maar met het evangelie van Johannes wordt de menselijke vraag naar religie en
zijn ervaring van liefde reëel. Die ervaring wordt in het absolute gesteld en
de liefde wordt als God benoemd. Toch de wereld als schepping opvatten is
mogelijk door het op te vatten als een vorm van vermenselijking van ons bestaan
als mensen. De auteur wil God niet bewijzen, maar als existentiële ervaring van
liefde aan de orde stellen. Elke poging om een theodicee te formuleren wijst
hij resoluut af. Dit boek is een uitdaging om het christelijk geloof een nieuwe
inhoud te geven. In het gesprek over wetenschap en geloven kun je niet om dit
boek heen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten