Gerrit
ten Berge, Stap voor stap: de weg van
Jezus gaan. Ark Media,2014, € 19,95
Vorig
jaar kreeg ik dit boek zo kort voor Pasen in handen dat ik het niet meer voor
K&S kon bespreken. Dus heb ik het maar tot dit jaar laten liggen.
De auteur
heeft al heel wat boeken geschreven. Hij geeft les op een school in
IJsselmuiden en is waarschijnlijk lid van de Gereformeerde Bond, want hij
ontwikkelt catechesemateriaal voor de H(ervormd) G(ereformeerde J(eugd) B(ond).
Dat is ook wel te merken, want in dit boek valt een heel zwaar accent op zonde
en schuld.
Het
mooiste in dit boek zijn de illustraties van zijn twee kinderen. De auteur
heeft zich laten inspireren door de kruisstaties in de R.-K. Kerk, houdt zich
aan het getal 14, maar in de Epiloog, 15, komt de opstanding ter sprake. Hij
begint wat eerder dan de kruisstaties, namelijk bij Jezus’ aanzegging van zijn
lijden en sterven in Matth. 16. Bijbelgedeelten vormen het uitgangspunt van
zijn meditaties. Hij plaatst dze in de vertaling van de NBV, die alle dubbel gelaagde
begrippen heeft weg vertaald.
Bijbels-theologisch
valt er nogal wat aan te merken op dit boek. Matth. 17,1 1 heeft een
tijdsaanduiding. Maar Ten Berge stelt zich en ons niet de vraag: ‘Zes dagen
waarna’? Nergens in het voorafgaande staat een tijdsaanduiding. Lucas 9,28
vermeldt acht dagen “na deze woorden”, namelijk de belijdenis van Petrus. Er
staan interessante mogelijkheden tot verklaring op internet, maar nogmaals:
voor Ten berge was dit geen vraag. Het kruiswoord: “Het is volbracht!”brengt
hij niet in verband met Ps. 22, 32, terwijl dit toch zo voor de hand ligt.
Op p. 35
poneert Ten Berge dat de honderden geboden door de “godsdienstleraren” bedacht
zijn. Hij had beter kunnen schrijven dat de schriftgeleerden die uit Tora
hebben gedestilleerd. Ook schrijft hij dat de Joden geen doodvonnis mochten
vellen, maar ik lees dit eigenlijk nergens in de evangeliën. Stefanus is wel
degelijk ter door veroordeeld en gestenigd zonder tussenkomst van de Romeinen.
Dat volgens de evangelisten Jezus naar Pilatus is gebracht, zou ook te maken
kunnen hebben met de anti-judaïstische beschuldiging als zou de dood van Jezus
aan ‘de’ Joden te wijten zijn. Wat Ten Berge op p. 87 schrijft, gaat trouwens
wel heel ver. Hij komt daar heel dicht in de buurt van juist dit gegeven, de
Joden zouden door Jezus te hebben gedood alle latere ellende over zich hebben
uitgestort. Dat Pilatus Jezus weer zou hebben overgeleverd aan de Joden (p. 82)
past in deze bewering, maar klopt van geen kant.
Ten Berge
legt een heel zwaar accent op zonde en schuld. Kort samengevat: Jezus’ lijden
en sterven had tot doel de zonden van de mensen te verzoenen. Andere
theologische opvattingen kent hij niet. Hij legt ook zwaar de nadruk op
persoonlijke beleving met vragen als: “Ken jij trouwens die ervaring ook? Dat
het soms even voelt alsof de hemel op aarde is gekomen?” Volgen nog drie
belevingsvragen achter elkaar.
Ik zou
nog veel meer kunnen schrijven, maar de plaatsruimte belet mij dit weer. Daarom
tot slot: dit is niet mijn religie.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten