donderdag 3 oktober 2013



Koert van der Velde, Flirten met God. Religiositeit zonder geloof. Ten Have, 2011

Toen ik de titel zag, dacht ik dat dit het zoveelste vage boekje over wat hij zelf op p. 7 noemt, “…een gezellig, dun en wat oppervlakkiger boekje…” zou zijn. Maar het werd het in de Nacht van de Theologie tot het  op een na beste theologische boek van het afgelopen jaar uitgeroepen en stond ook heel lang in de lijst van vijf meest aangeraden theologische boeken in Trouw. Daarom ben ik het toch gaan lezen en nu kan ik zelf zeggen dat het een knap en verantwoord boek is, de titel ten spijt.
Van der Velde is journalist en studeerde in de jaren tachtig godsdienstwetenschappen en werd daar geconfronteerd met het verschijnsel religiositeit zonder geloof. Hij besloot daar zijn proefschrift aan te wijden. Ik vermoed dat dit boek de gepopulariseerde versie van zijn dissertatie is, maar zelf schrijft hij dit niet. In ieder geval maakt zijn vlotte, journalistieke stijl het lezen van dit boek tot een onderhoudende tijdbesteding.
De centrale vraagstelling kun je formuleren als: “Kan iemand zonder te geloven toch een religieuze beleving ervaren?”. Het antwoord geeft hij eigenlijk zelf al door als begin van het eerste hoofdstuk een eigen religieuze ervaring op de berg Sinaï te beschrijven. Is hij dan ongelovig? Die vraag beantwoordt hij zelf. In H. I behandelt hij een aantal aspecten van het geloofsprobleem. Met instemming citeert hij op p. 27 Anton Houtepen: “Elk spoor van God is zo ambigu dat het evengoed geen spoor van God kan zijn, doch enkel een affectieve invulling mijnentwege of een collectieve projectie onzentwege”. “Openbaringen zijn cultuurproducten” schreef de auteur al op p. 19. De laatste paragraaf van dit hoofdstuk is gewijd aan de reflexieve twijfel en in dit kader noemt hij de “agelovigheid”, die voor hem neerkomt op niet geloven in God, maar ook niet niet-geloven in God.  Geloven is voor veel mensen onmogelijk geworden, maar ondanks dit verlangen zij naar meer dan het dagelijkse leven biedt.
In III beschrijft  hij een aantal houdingen t.a.v. geloven: minimalisme (door de wetenschap is het geloof geminimaliseerd, waarin John Robinson met Eerlijk voor God een belangrijke bijdrage leverde), gelovig ongeloof (Kuitert komt daar aan de orde, de auteur oordeelt niet zo vriendelijk over hem) en ietsisme en agnosticisme.
 Dan volgt er een reeks hoofdstukken die ik niet op de voet kan volgen, hoewel ze zeer de moeite van het lezen waard zijn. Ik noem Transcendentie en Intentionaliteit.  Daarin zijn belangwekkende gedachten verwoord, zoals dat de vraag naar het onbekende, naar dat waarop geen antwoord mogelijk is, transcendentie inhoudt, openheid voor het onbekende en nu nog onmogelijke. Intentionaliteit gaat o.a. over het feit dat mensen tegen beter weten in toch de indruk hebben dat bepaalde gebeurtenissen in hun leven een sturende functie hebben voor hun verdere levensloop.
Uiteindelijk blijkt het element spel heel belangrijk. Door te spelen wordt het gespeelde voor ons werkelijkheid, in ieder geval zolang het spel duurt. Zolang wij aan een kerkelijk ritueel deelnemen beleven wij dit op een religieuze wijze. We komen dan heel dicht bij het door mij besproken boek van Theo de Boer en Ger Groot. De auteur beschrijft hier weer persoonlijke ervaringen, zoals die in de kerk van Vézelay.
Ik heb het boek geboeid gelezen. Als u het ter hand neemt, hoop ik dat u er ruim de tijd voor neemt en niet mijn voorbeeld volgt door het snel te lezen. ik moest wel om deze bespreking tijdig in te sturen. U zulot juweeltjes tegenkomen als de gedachte dat in de dood van God de beleving van zinloosheid manifest is geworden.
Op 28 oktober, ’s avonds om acht uur, komt Van der Velde in Enschede over zijn boek spreken. Dit zal plaatsvinden in het gebouw van de Loge Tubantia aan de Dr. Coppesstraat nr. 32. Wie weet zal ik u daar ontmoeten!
Wim Kleisen

Geen opmerkingen:

Een reactie posten