Tjarko Evenboer, De wereldwijde vloed. Uitg. Gideon,
Hoornaar. € 19,95
Heeft u wel eens geprobeerd uit te rekenen hoeveel liter
water er nodig zou zijn geweest voor een wereldwijde vloed, waarbij de
bergtoppen door het water werden overspoeld? De oppervlakte van de aarde
bedraagt ongeveer 150.000.000 km. Het water overspoelde de bergen, dus zelfs de
Himalaya was niet meer te zien. De Mount Everest is ongeveer 8500 meter hoog,
dus het water zou nog iets hoger hebben gestaan. Dat houdt in dat er boven de
150 miljoen vierkante kilometers van het aardoppervlak het gigantische aantal
van 1.282.500.000.000 kubieke meter water stond. Doe er voor liters dan nog
maar eens drie nullen bij. Waarom al dit gereken in een kerkblad?
De auteur, Tjarko Evenboer, gelooft inderdaad dat de die
keer niet zo liefdevolle God de wereldbewoners heeft gestraft met een
wereldwijde vloed. Vandaar de titel van zijn boek. Hij vraagt zich niet af of
dit natuurkundig mogelijk is, het is voor hem een vaststaand gegeven. U
begrijpt het: hij neemt de verhalen uit Genesis aan als historisch en
natuurkundig waar gebeurd. Hij wil dit niet met natuurkundige bewijzen staven,
maar met zijn kennis van de mythen uit de wereldculturen. Zijn literatuurlijst
is dan ook omvangrijk. Die mythen hebben veel verwante motieven. Dat is voor
hem het bewijs dat de zondvloed een vaststaand feit is geweest. Hij bedrijft
dus geen wetenschap op basis van gestelde vragen,zoals het zou moeten, maar
vanuit een voor hem zeker paradigma. Hij onderzoekt dan ook geen andere
mogelijke verklaringen voor die verwante motieven. Hij noemt wel Jung’s theorie
van het collectief onbewuste – zonder overigens diens naam te vermelden -, maar
maakt die volledig ondergeschikt aan zijn geloof: de volken hebben zich met de
herinnering aan de zondvloed na de spraakverwarring in Babel over de aarde
verspreid en dragen zo de herinneringen aan de vloed met zich mee.
Zo behandelt hij ook de scheppingsverhalen. Heeft nooit een
wat minder gelovige jongen uit zijn buurt hem gevraagd waar de zonen van Adam
toch wel hun vrouwen vonden? Mij overkwam dat wel. Ik had er als Christelijk
Gereformeerd domineeszoontje nog nooit over nagedacht. En hoe kon Mozes
trouwens Genesis hebben kunnen schrijven zonder over concrete gegevens te
beschikken? Dat is heel eenvoudig, vindt Evenboer. Adam kon al schrijven en
heeft zijn wederwaardigheden op een kleitablet vastgelegd. Zo ook zijn in de
Bijbel vastgelegde nakomelingen. Natuurlijk kreeg Mozes die tabletten in handen
en zo kon hij mooi Genesis schrijven.
Dan wordt het echt boeiend. Hij beschrijft de boven al
genoemde verspreiding van de wereldbevolking. Hij weet precies van welk Bijbels
volk of Israëlitische stam welk volk afstamt. Daarvoor gebruikt hij o.a. niet
altijd gedegen etymologische argumenten. Bij het lezen vroeg ik me af of hij
ook genetische gegevens gebruikt heeft. Alleen voor de oorspronkelijke
Amerikaanse bevolking doet hij dit. Maar of de Deense koning Dan I echt
afkomstig is van de stam Dan onderbouwt hij niet op die manier. Dan zou er toch
grote overeenkomst moeten bestaan tussen de genen van de huidige Denen en de
Joden. Hij verklaart de verschillen in
uiterlijke raciale verschillen ook niet handig. Dat Kus wat donkerder zou zijn
geweest dan zijn directe familieleden kun je toch met goed fatsoen niet als
oorzaak van de donkere kleur van de bevolking van Afrika benoemen.
Evenboer heeft ook zo zijn vooroordelen. De vrijmetselarij
rekent hij tot de occulte groeperingen. Want het alziend oog van Horus is een
belangrijk symbool voor hen. Hij vergeet hierbij dat het alziend oog ook een
christelijk symbool is. Ik las in mijn jonge jaren De Witte van Ernest Claes. In de huiskamer van zijn katholieke
Vlaamse gezin hangt dit oog. Als hij gevloekt heeft, moet hij met zijn knieën
in zijn klompen zittend de rozenkrans bidden. Later vloekt zijn vader en als
hij hier iets van zegt, krijgt hij nog
een paar klappen ook. In de mooie Psalm 139 en in Spr. 15:3 staat duidelijk dat
God alles ziet. Het Alziend Oog is dan ook sterk vertegenwoordigd in de
christelijke iconografie: het stelt de alomtegenwoordigheid van God en van de
Drievuldigheid (driehoek) voor. Het alziend oog is niet alleen ‘alziend’, maar
ook onverbiddelijk (zonder wenkbrauw).
Evenboer bedrijft geen wetenschap, maar inlegkunde. Daardoor
is het boek af en toe wel vermakelijk. Eigenlijk jammer van al dat materiaal
dat hij bij elkaar heeft gezocht.
Wim Kleisen
Geen opmerkingen:
Een reactie posten